woensdag 5 oktober 2016

De misantroop heeft remise in Bad Sooden

Het mooiste moment is de zestien minuten mijmeren voor de partij. Ik stel me een bord voor dat gemaakt is door Piet Mondriaan*. De velden zijn rood geel blauw en wit, met zwart omkaderd. Subtiele rechthoeken allemaal verschillend van afmeting, binnen een vierkant schaakbord. Drie en een half jaar heeft hij geschoven met de afmetingen en steeds met de muziek van Scott Joplin*, Jimmy Yancy* en Specled Red* erbij. Nog zes minuten, ik ga de stukken uitlijnen door aan de zijkant op mijn knieën langs de voetjes te kijken. Daarna aan de voorkant en dan van boven op het zicht centreren, precies op het snijpunt der diagonalen. De paarden met blik naar de rand. De mensen kijken me een beetje vreemd aan.

Dan opeens zit die bruut er en gaat zonder enige reden de stukken zogenaamd rechtzetten. Hij doet zelfs mijn stukken erbij terwijl alles precies goed stond. Mijn hele leven heb ik al een hekel aan andere mensen maar vooral aan de daadkrachtige types met een abonnement op zekerheid. Als een kip zonder kop lopen ze zomaar ongevraagd je leven in. De bruut geeft me een hand. Ik geef een hand terug maar van eerlijk ruilen is geen sprake. Hij heeft driehonderd ratingpunten meer. Enkel door sparen, oppotten en nooit iets weggeven, een platte boerenslimheid met een uitermate beperkt gevoelsleven. Met tegenzin doe ik mijn zetten. Hij zit daar maar met zijn 140 kilo menselijke overlast. Hij kan alleen massief denken. Elke nuance die zijn moeder vroeger heeft proberen aan te brengen is afwezig. Ik zet slechts uit rancune en na bijna drie uur spelen bied ik remise aan. Ik wil er van af en natuurlijk weigert hij. Hij heeft wit en duwt met zijn volle gewicht tegen mijn stelling. Nu zie ik een vreemd boordje om zijn dikke nek en een zwart overhemd.  Ik loop even achterom en zie inderdaad het verwachte tonsuur. Recht in de leer en hoeder van de moraal*, voor anderen natuurlijk. Het aantal door hem misbruikte jongetjes schat ik op ongeveer 250, uitgesmeerd over ca. 50 jaar, schappelijke vent dus. Ik roep alle heiligen aan die me nog ter beschikking staan. Waar blijft Gods toorn?  Mijn schaakbrein raakt overbelast en zendt een hopeloze hoeveelheid signalen uit die ik probeer om te werken tot zetten. Een goede loper tegen een slecht paard waar heb ik dat meer gehoord, maar hij heeft wel meer tijd gebruikt met zijn trage logge hersens. De prelaat doet alles langzaam om de waarheid te benadrukken. Jarenlang weidse gebaren ter ondersteuning van de dogmatische zekerheid, nu gestold tot een kolos die zich aan mijn stukken vergrijpt. Bijna één derde van de jongetjes is al dood, negenenvijftig kampen met een depressie en de rest kan net een pilsje kopen van de schadevergoeding. Dan komt God langzaam op gang, mijn stelling begint beter te worden. En dan, eindelijk kan ik Pe6* spelen. Ik loop langzaam leeg en er vormt zich een grote plas onder mijn stoel. Hij moet zijn superieure loper ruilen tegen mijn kreupele paard anders verliest hij een pion en de partij. De wedstrijdleiding komt met een dweil, ze zijn dit gewend bij een seniorentoernooi. De kolossale trawant van het Vaticaan biedt remise aan. Ik kan nog 21 minuten gratis blijven wachten, ik heb de feiten reeds in mijn bezit. Een houdgreep die ik zo lang mogelijk aanhoud. Het wonder heeft zich voltrokken. Nog een moeizame hand waarvan ik de geschiedenis niet wil weten.  Traag en zwaar loopt hij naar de uitgang en dan waarschijnlijk naar het, door het bisdom betaalde rusthuis. Daar hebben ze bier sigaren en genade.

Toon Mentink

Verwijzingen met *

Oude boogie woogie pianisten

Mondriaan schilderde altijd met boogie woogie op de achtergrond.

Tijden het toernooi las ik het boek van Jeroen Brouwers "Het Hout" over het misbruik in de katholieke kerk. Verplichte literatuur voor Katholieken en liefhebbers van macht.

Pe6   de zet waarop ik een remiseaanbod kreeg van Manfred Pape (2113), behalve zijn gewicht is de rest fictie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten