Het spijt me, maar uit
Eindhoven rijden geen treinen, meldde Jan Weijters. Dus werd in allerijl
Jeffrey van Huygevoort opgetrommeld om, in plaats van het hondje uit te laten,
een partij te gaan spelen in Roosendaal.
Altijd gezellig, zo’n
autoritje. Over de radio klonk een zwoele stem: houdt op dit punt zoveel
mogelijk links aan. Leuk hé, dat politieke commentaar op Donald Trump, mompelde
iemand. Ja, je luistert naar mijn navigatiesysteem, bromde onze chauffeur. En
wat doet die auto achter ons, die achtervolgt mij al vanaf Tilburg. Effe
kwijtrijden en met een ruk aan het stuur knalden wij hartje Roosendaal het
parkeerterrein op van de Aldi. De achtervolger volgde…
In de speelzaal
ontmoetten wij de andere helft van ons team. Was wel lastig jullie overal te
volgen, mopperden ze. Waarom zijn we niet met de trein gegaan zoals Osman? De ingevallen stilte werd door Jan van den
Dries, met het oog op de wedstrijd, doorbroken. Mannen, sprak hij, wacht tot
het rode licht is gedoofd, er kan nog een schaakje volgen!
De ontvangst door Ger Eijsermans was
hartverwarmend: ‘Welkom aan Stukkenjagers 6 uit Tilburg of moet ik zeggen: DE
Stukkenjagers.’ (Alsof hij wilde zeggen: de enige echte). Een klaterend applaus
viel ons ten deel. Humh, dat heb ik niet eerder mee gemaakt, wel leuk.
Genoeg geluld,
laten we eens kijken naar het verloop van de partijen aan de hand van een
persoonlijk verslag.
Wil Wouts.
Mij viel de eer te
beurt te mogen spelen tegen een charmante jonge vrouw Kimberly.
Ze was heel aardig
en attent. Het deed me dan ook pijn haar in de val te moeten lokken.
Speel na op het
bord.
Een Dame op d8, de
loper op e7 en het paard op f6 is een batterij.
Zij plaatste haar
loper op g5, die werd weggejaagd door h6 , ze zette hem op h4.
Na mijn ed4, haar
Pd4, mijn Pe4 had ik in ieder geval een pionnetje gewonnen.
Toen ik haar K van
de 1ste rij wist te verdrijven was een rokade voor haar niet meer mogelijk.
Dus kwestie van
opjagen en regelmatig een schaakje geven en af en toe een pionnetje mee pikken.
Op een gegeven moment was ze dat beu en dacht: deze slachtofferrol wil ik
niet spelen.
Ze gaf op. Punt
binnen.
Ardy Foolen.
In mijn partij heb ik constant achter de feiten aangelopen. Ik heb de
doorschuifvariant van het Frans gespeeld. Het plan is de pion op d4 die achter
gebleven is op leven en dood te verdedigen. Dit lukte mij uiteindelijk niet,
toch koos mijn tegenstander ervoor om de pion op b2 te pakken. Hierna zag ik
mogelijkheden om een alles of niets koningsaanval te beginnen. Hierdoor won ik
2 pionnen waarvan 1 op de 6de rij die verdedigd kon worden door een pion,
terwijl mijn tegenstander een pionnen meerderheid op de damevleugel had. Als ik
daarna meer aan mijn verdediging van de open c lijn gedaan had in plaats van
blijven aanvallen, had ik een klein plusje gehad. Ik ruilde verkeerd en verloor
mijn toren. Ik gaf op.
Osman
Hamraz
Mijn tegenstander liep in zijn opening al een misstap op. Hij speelde met wit 1.e4 e5 2.f4 Pf6. Hierdoor kon ik na een paar zetten zijn koning onder dreiging zetten met Dh4+. Hij koos ervoor om met de koning te vluchten, en ik maakte er een klopjacht op. Zoekend naar de schaakmat werd ik een beetje te gretig. Ik offerde veel pionnen op, en daarnaast ook een paard. Schaakmat werd het net niet, ook naderhand niet toen ik het in de computeranalyse bekeek. Maar met een stuk minder in het eind kon ik niet veel meer nadat hij de stukken dwong af te ruilen.
Jan van den Dries
Mijn tegenstander liep in zijn opening al een misstap op. Hij speelde met wit 1.e4 e5 2.f4 Pf6. Hierdoor kon ik na een paar zetten zijn koning onder dreiging zetten met Dh4+. Hij koos ervoor om met de koning te vluchten, en ik maakte er een klopjacht op. Zoekend naar de schaakmat werd ik een beetje te gretig. Ik offerde veel pionnen op, en daarnaast ook een paard. Schaakmat werd het net niet, ook naderhand niet toen ik het in de computeranalyse bekeek. Maar met een stuk minder in het eind kon ik niet veel meer nadat hij de stukken dwong af te ruilen.
Jan van den Dries
Met wit speelde ik aanvankelijk vol
zelfvertrouwen, na de midweekse overwinning op Jan Weijters, tegen Anthony
Snijders van De Pion op bord 3. De eerste twintig zetten van de partij
verliepen rustig en regelmatig: beiden maakten een pionnetje buit, hij
bovendien een paard en ik een loper. Niks aan de hand.
Op de 21e zet meende ik met mijn paard op avontuur te moeten gaan maar dat was achteraf een paard van Troje: het leidde tamelijk onomkeerbaar mijn ondergang in! Ik overzag een mat-in-één dreiging, werd uiteraard gedwongen die te pareren maar verloor er een stuk mee. Met een stuk minder heb je soms nog weleens tegenspel over, maar deze zaterdag dus niet. Mijn stelling leek wel een gebombardeerde stad: er was weinig van over en wat ervan over was viel stukje bij beetje weg. Ik heb het nog een zet of twaalf doorstaan maar na het tweede stuk achterstand moest ik capituleren.
Op de 21e zet meende ik met mijn paard op avontuur te moeten gaan maar dat was achteraf een paard van Troje: het leidde tamelijk onomkeerbaar mijn ondergang in! Ik overzag een mat-in-één dreiging, werd uiteraard gedwongen die te pareren maar verloor er een stuk mee. Met een stuk minder heb je soms nog weleens tegenspel over, maar deze zaterdag dus niet. Mijn stelling leek wel een gebombardeerde stad: er was weinig van over en wat ervan over was viel stukje bij beetje weg. Ik heb het nog een zet of twaalf doorstaan maar na het tweede stuk achterstand moest ik capituleren.
Hans
van Driel
Bord 7, Hans van Driel (wit) - Patrick Heijnen (De pion 4): ½ - ½
Na de altijd weer verrassende Björn H.-opening (c4) en een keurig getimede
opmars van de dame naar het centrum kwam wit enigszins voor te staan tegen de teamcaptain
van De Pion 4, maar een min of meer gedwongen dameruil op de 18e zet
bracht de stand in een strak evenwicht, waarna het wachten was op een fout van
de tegenstander.
Ook de computer vond achteraf remise de juiste uitkomst van deze partij.
Tussenstand: 3 ½ - 1 ½. In drie gevallen is er dus lichtzinnig door rood
gereden (de waarschuwing was: er kan nog een schaakje volgen). Hoe verging het
de rest?
René Davidse raakte deze
keer niet aan zijn niveau van de interne competitie. Schrik van de
tegenstander? Hij kwam maar niet in zijn spel, reed door rood en werd overreden
door de aanstormende trein.
Jeffrey van Huygevoort
bouwde rustig aan een best aardige stelling maar zag niet dat het rode
licht nog niet was gedoofd. Een schaakje van de jeugdige tegenstander (ik had
de tegenaanval ook gezien hoor) werd hem noodlottig.
Cees Zoontjens. De tegenstander
kwam te tam uit de opening en had de grootste moeite met de ontwikkeling van
zijn stukken op de damevleugel. Maar, nu
was ik een beetje dom, in plaats van een aanval op de koningsvleugel
speelde ik de nutteloze zet Pd4-f3. Nu kwam zwart tot leven. Ik verloor een
stuk, dacht hout terug te winnen met een penning op toren/dame maar lette niet
op het stoplicht. Anderzijds, zwart mag met de toren op d8 de onderste rij niet
verlaten wegens mat met toren e8. Dus dame d7, valt tevens de loper op b7 aan.
Lc5xf2+ (er kan nog een schaakje volgen!!) en na pak, pak, ruil, ruil, ging ik
huilend aan de bar zitten.
Slotconclusie: in de Tuinstraat hebben ze geen last van stoplichten.
Cees Zoontjens
Cees Zoontjens
Geen opmerkingen:
Een reactie posten